06. Organogram Bestuurlijke verhoudingen

In dit organogram brengen we op een simpele wijze een aantal bestuurlijke noties in beeld. Met name trachten we vorm te geven aan de relatie tussen stichtingsbestuur en coöperatiebestuur, zoals dat statutair is uitgewerkt in de oprichtingsstatuten.

Men ziet daar bijvoorbeeld in hoeverre de stichting als lid van de coöperatie is opgenomen in de stemverhoudingen, daar waar het gaat om als holding richting en sturing te kunnen blijven geven aan de verdere ontwikkeling van systeem dynamiek.

Niettemin moet er ruimte zijn voor bottom up initiatieven vanuit de coöperatieleden en artesS medewerkers. Het vraagt enerzijds een omzichtig bestuurlijk manoeuvreren, maar anderzijds dient er volop ruimte te zijn voor dialoog in de breedste zin van het woord. Er moet ruimte zijn voor initiatief en verantwoordelijkheid, kortom voor eigenaarschap.

Vandaar dat heel veel kan, juist daar waar iemand er zelf de schouders onder wil zetten en niet zo zeer aan anderen dient te vertellen wat ze wel of niet moeten doen. Wie iets serieus wil, krijgt de ruimte dat te ontwikkelen, evenwel altijd in samenspraak met anderen, teneinde met elkaar coherent en consistent vorm te geven aan hetgeen artesS voorstaat, het ontwikkelen van een systeem dynamisch instrumentarium ten dienste van kennisintegratie.

Gezien de aard van dit streven is er dus wat betreft kennisintegratie niet alleen nog heel veel mogelijk maar juist en vooral ook heel noodzakelijk, want we staan pas wat dat betreft aan het begin. Het zal spreekwoordelijk nog 'eeuwen' duren voordat we deze geatomiseerde kennisontwikkeling weer enigszins kunnen synthetiseren tot inzichtelijke en hanteerbare holons.

We zijn er inmiddels achter dat niets maar dan ook niets in deze werkelijkheid op zichzelf staat. Het aloude adagium dat alles met alles samenhangt, hebben we eeuwenlang terzijde geschoven om terecht eerst zicht te krijgen op de allerkleinste details en nog zijn we er niet. Geen probleem, we kunnen voort met deze zoektocht naar al die relevante bouwstenen in dit complexe geheel, evenwel kunnen we niet zo maar op grond van wat causale relaties een complex systeem even op orde brengen en of bijsturen, dat vraagt een andere wijze van denken.

Dat andere denken begint hier en nu niet alleen in de wijze waarop we onderzoek doen, maar juist en vooral in de wijze waarop we vorm wil geven aan het eigen organisatorische handelen. Dat komt niet zo maar tot stand, dat vraagt oefening en vooral een open en onbevangen grondhouding, waarin men nieuwsgierig is naar de ander en het andere. Want niet zozeer het eigen gelijk moet bevochten worden, als wel het kunnen verstaan wat de ander en het andere mij wil laten zien. Hoe dat onderscheid maar eerst geduldig en fijnzinnig trachten te achterhalen om vervolgens samen te gaan zoeken hoe het onderscheidene te kunnen verbinden tot een werkend geheel, waardoor een meerwaarde ontstaat die vervult.

Hoe kun je je bestuurlijk zo verhouden dat er een win win situatie ontstaat waarin het geheel meer is dan de som der delen. Dat vraagt om een oprecht oefenen, vandaar dat werken in teamverband binnen artesS heel centraal staat. We ervaren ondanks eventuele strubbelingen zeer wel juist ook de bezieling, die in het samen werken aan een project zeer wel kan op wieken en een hoge vlucht kan maken met dito resultaten.

Vandaar ons adagium, alleen kan je misschien wel sneller aan de slag, maar als team kom je gegarandeerd verder met het project dan in je eentje, we noemen dat co-creatie. In de hele bestuurlijke opzet vind je teamwork als de fundamentele motor voor een door eenieder te dragen beleid. Ook hier niet zozeer alleen deling en verdeling van taken en rollen, maar juist en vooral het streven te werken aan draagkracht, want wil er iets slagen dan zal eenieder daar op haar wijze de schouders onder mogen zetten.

In deze streven we naar een platte zelf sturende organisatie waarin juist op grond van een individuele ik kracht toch een gedeelde wij-ruimte kan ontstaan waarin bezieling en teamwork eenieder doet slagen in haar allereigenste verlangen iets wezenlijks tot stand te brengen.